10 mei 2020
Gisteren zag ik na een wandeling in het Kralingse Bos een eenzame klaproos. In het talud van de A16.
Ik houd van wilde veldbloemen en de klaproos is mijn favoriet. De klaproos ziet er teer en kwetsbaar uit, maar vergis je niet. De klaproos is strijdbaar en door het leven gehard. De klaproos bloeit en groeit ondanks, niet dankzij.
Ik las ooit dat het hart van de klaproos een kruisteken zou verbeelden dat symbool staat voor het lijden van Christus. Een verleidelijk romantisch beeld dat helaas aan mij voorbij gaat. Ik zie gewoon een klaproos die mij altijd doet denken aan de Picardie waar mijn moeder vandaan komt.
Gisteren begon ik aan het aangrijpende familieverhaal van mijn moeder dat feitelijk begint in de Eerste Wereldoorlog die vandaag de dag nog altijd herinnerd wordt middels de klaproos.
Mijn moeder is die klaproos in het talud van de A16. De klaproos laat zich nooit uit het veld slaan. Onderschat nooit de kracht van de onverzettelijkheid.