Nederland kent vele Jopen.
Je hebt Joop den Uyl. Joop Braakhekke. Joop Klepzeiker. Joop van den Ende. Joop van Daele. Joop Zijlaard. Er is een Nederlandse opiniewebsite Joop.nl. En er is het merk Joop! Met uitroepteken! Kleding. Parfum. Noem maar op. Zolang het maar een uitroepteken heeft.
Maar er is uiteindelijk maar één Joop. De Joop. Ónze Joop. De Joop die geen uitroepteken nodig heeft als je zijn naam googelt.
Onze Joop die best een stukje wil fietsen met ons om zijn fietshabitat in Frankrijk te laten zien.
We fietsen door het meander gebied van de rivier La Marne. Veel groener zal ‘t nergens nooit niet worden.
Onze Joop die ons vertelt dat hij het liefst alleen fietst, waardoor jij automatisch zwijgt.
Joops benen spreken en die verhalen spreken boekdelen. Hij kreeg er een natie mee plat.
Waar denkt hij aan?
Onze Joop koestert de rust van zijn omgeving. De rust van zijn landgoed dat zo’n 10 hectare beslaat.
Onze Joop vertelt over zijn 20 damherten die er rondlopen. Joop legt uit wat die 20 damherten zoal eten, omdat jij, gediplomeerd boerenlul van Rotterdam-Zuid, geen flauw idee hebt.
Onze Joop praat even makkelijk over zijn heroïsche gevechten met Eddy Merckx als de overlast die hij ondervindt van de mollen, vossen en everzwijnen in zijn ruime achtertuin.
In zijn zolderkamer vergaapten wij ons aan de wielershirts, medailles, trofeeën, boeken, posters, foto’s, schilderijen, onderscheidingen, oorkondes, fietsen die hij in de loop der jaren heeft vergaard. Een normaal mens zou naast zijn schoenen gaan lopen, maar Joop fietst liever.
Bij het gehucht Isles-les-Meldeuses steken we de rivier La Marne over.
‘A quelles belles fesses!’, zegt Dany Zoetemelk als ze later de beelden terugziet. Ze vindt dat Joop en ik een lekker kontje hebben. Of klonk de stomme s alleen in mijn hoofd en doelde ze op alleen de billenpartij van Joop?
Ik zal het nooit moe worden, het staren naar zijn pedaalslag waarmee hij ooit Van Impe, Hinault, Merckx, Ocaña en Kuiper pijn deed. Joop was zo taai als de biefstuk van de Jumbo. Het vaderland hield zijn adem in als Joop het op zijn heupen kreeg.
Iedere seconde moet ik vastleggen, zijn benen malen zoals de gedachtes in mijn hoofd dat doen.
Zelfs de haren in zijn nek behoren tot ons nationaal erfgoed, evengoed als het commentaar van Mart Smeets (acht-en-dertig jaar!) of de stem van Jean Nelissen.
Joop Zoetemelk. Zelfs als hij woonachtig is in Frankrijk, voelt hij dichtbij. Omdat hij een beetje als van ons voelt. Omdat we in onze dagelijkse armzaligheid allemaal een beetje Joop willen zijn.
Nederland kent vele Jopen, maar uiteindelijk is er maar één Joop, de Joop… onze Joop.
Regie & Montage: Arjan Smilde
Tekst & Stem: De Spookrijder