‘Er is een Springsteen voor ieder moment van de dag, voor ieder moment van je leven.’
Alleen de lieve Heer weet hoe vaak ik die zin gebezigd heb in mijn leven.
Een Springsteen om mee te trainen. Een Springsteen om bij na te denken. Een Springsteen om te dansen. Een Springsteen om mee te zingen. Een Springsteen om te rouwen. Een Springsteen om je woede kracht bij te zetten. Een Springsteen om spijt te betuigen. Een Springsteen om boete te doen. Een Springsteen om te bidden. Een Springsteen om te hopen. Een Springsteen op de Alpe. Een Springsteen bij de kist.
Een Springsteen om de liefde bij te bedrijven.
Een Springsteen in de auto. Een Springsteen op het strand. Een Springsteen in het bos. Een Springsteen in de metro. Een Springsteen op de fiets. Een Springsteen in de stad. Een Springsteen in het restaurant. Een Springsteen op het toilet. Een Springsteen bij een goed gesprek.
Een Springsteen bij een goed gesprek met jezelf.
Eerder deze week ontving ik een appje van een goede vriend naar aanleiding van Springsteens versie van Nightshift, het tamelijk nietszeggende 80’s hitje van de Commodores.
“Liftmuziek”, zo betitelde mijn goede vriend dit niemendalletje van de Baas dat ook ik, eerlijk is eerlijk, niet direct kon plaatsen.
Totdat mijn goede vriend de term Liftmuziek liet vallen.
Toen dacht ik ja verdomd… die ontbrak inderdaad in mijn omvangrijke momentumcollectie: Een Springsteen voor in de lift.