Het is voer voor filosofen, psychologen, of – nog erger – voor psychiaters: wat drijft de talentloze sportende mens?

Ik moest eraan denken toen ik zaterdagavond 8 juli 2023 achter de gekromde rug van Arthur hapte naar lucht. We raasden over de scheef gelegen betonplaten van de Hilseweg, het was dertig graden plus. Er was een ernstig gebrek aan zuurstof. Mijn eerste hallucinerende associaties met een airfryer, een föhn en een magnetron waren door toedoen van Arthur al rap uit mijn systeem getrapt.

Ik gorgelende stof in mijn verschroeide verhemelte.

Ik had mij nog iets van een semiprof gevoeld toen ik vlak voor de start in gesprek was met Hennie Kuiper en Aad van den Hoek. “Ik heb al van alles meegemaakt met Hennie”, had Aad van den Hoek gezegd. “Ik ook in Lombardije”, was het antwoord dat ik gelukkig bijtijds inslikte. Hennie had me in Lombardije gelost op de Colma di Sormano. Ik was met trots vervuld dat een 73 jarige wielerlegende mij loste, maar probeer dat maar eens uit te leggen aan de toenmalige meesterknecht van Gerrie Knetemann in een paar volzinnen, zo pal voor de start van een Koppeltijdrit terwijl de stem van speaker John Vingerling over de Gemeenlandsedijk Noord galmde.

Voer voor filosofen, psychologen of – nog erger – voor psychiaters zoiets.

We sloegen de Oude Waaldijk op. Ik had driehonderd meter kopwerk verricht. Mijn hartslag was niet onder de 170 gekomen. Volgens mij moest ik kotsen al valt dat precieze moment achteraf moeilijk te duiden. Ik weet nog wel dat ik mijn voormalige vriend Arthur drie rondes lang vervloekte. Drie rondes lang zei hij de fotografen en de verkeersvrijwilligers op een haast achteloze gedag.

Zijn rechterwijsvinger wees naar hen omhoog terwijl mijn borstbeen kraakte.

Arthur heeft meer wielertalent in het bovenste kootje van zijn rechterwijsvinger dan ik in mijn hele lichaam. Onze liefde voor de koers zal gelijk zijn, maar talent doet niet aan liefde. Bij de Ronde van Katendrecht fietste ik mijzelf al eens de vernieling in achter Erik Breukink die op de kinderkopjes van Zuid fluitend zijn rondjes reed en op de Colma di Sormano kroop Hennie Kuiper met de zegepralende aura van Keizer Nero bij me weg. Hapje voor hapje at Hennie mijn bordje leeg. Ik was op slag verliefd geraakt op de ranke billen van Hennie. Het was eenzelfde soort verliefdheid als die ik op zaterdag 13 juli 2019 ervoer. Toen reed ik de Koppeltijdrit van de Ronde van Abbenbroek aan de zijde van Joop Zoetemelk. In een boerenschuur die als omkleedlokaal dienstdeed hadden Anita en ik vrij zicht op de blote billenpartij van De Joop.

En dan hebben we het goddank nog niet gehad over de vol afgetrainde billen van Koos Moerenhout die met zijn zoon achter Arthur en mij op het startpodium stond.

“En… nog blote billen gezien?”, had Maarten den Bakker net nog knipogend aan Anita gevraagd. Ze nam vier zoenen van de local hero in ontvangst (even tussen ons, maar zijn billen grenzen aan het perfecte) terwijl Arthur het rugnummer zes op ons Spookrijdersshirt spelde. Wederom waande ik mij kortstondig prof, maar goed dat was allemaal – het zij herhaald – nog vóór de start.

Ook mijn fascinatie voor de blote billen van ex-topsporters is voer voor filosofen, psychologen of – nog erger – voor psychiaters.

Ergens tussen de Oude Waaldijk en de Oudelandsedijk hield een ander vraagstuk mij echter bezig: wat bezielt de talentloze sportende mens toch om zich te verhouden met gewezen beroepswielrenners? Is het goede wil? Is het de romantiek? Speelt het ego een rol en claimen we, in de slagschaduw van sporthelden, Andy Warhols fifteen minutes of fame (en dat dan steeds weer)? Of is het de uiterst prettige ontnuchterende botsing met de werkelijkheid om keer op keer te constateren dat je in geen velden of wegen ook maar in de buurt komt van het speelse gemak waarmee ex-beroepswielrenners over ’s heeren wegen weten te scheren?

Een reality check voor de geest is als een APK keuring voor de auto.

Waarschijnlijk is het een combinatie van antwoorden op deze vragen, ware het niet dat ik in de gortdroge bloedhete omgedraaide stofzuigerpolders van Abbenbroek onvoldoende zuurstof had om tot een helder eenduidig antwoord te komen, want 26 minuten en 50 seconden lang deed ik niets anders dan luchthappen achter de Slandse billen van Arthur Farenhout.

Voer voor filosofen, psychologen of – nog erger – voor psychiaters, dat luchthappen.

 

***

Dank aan Margit Janssen voor de actiefoto’s gemaakt in de bocht van de Boezemweg en de Oude Waaldijk.

Dank aan alle vrijwilligers en sponsoren van de Ronde van Abbenbroek.

Dank aan Arthur voor de gratis cursus Luchthappen.

 

Lees ook:

Het verhaal “Hennie Toe Zeg Nou Iets!”, artikel uit de rondekrant Wielerronde van Abbenbroek (juli 2023)

Het verhaal De Echte Hennie Kuiper & De Omhelzing uit de Lombardije Legendes over o.a. de Colma di Sormano (september 2022)

Het verhaal Stripboek over de Koppeltijdsrit Ronde van Abbenbroek met Joop Zoetemelk (juli 2019)

Het verhaal Alleen Naar De Finish, over de wielercarrière van Arthur “Arthuro” Farenhout

 

***

 

FOTOGALERIJ

-Klik op een verkleinde foto uit een galerij voor een vergroting-

 

 

Art en Henny (team Plaisier BV) vlak voor de start

 

Zoon en vader Moerenhout aan de start

 

Spanning aan de startlijn bij Team Spookrijders

 

 

Wat is de koers zonder de stem van Mels de Kievit?

 

 

Hennie Kuiper en Aad van den Hoek

 

Maarten den Bakker en Gijs Bevaart

 

 

Hennie Kuiper en Aad van den Hoek

 

Proosten met Henny Nuninga (m) en Art Bot (r)

 

Met schaatslegende Rien de Roon

 

Mevrouw Plony Farenhout met mevrouw de Spookrijdert

 

Dank aan Arthuro voor het luchthappen!

 

DE UITSLAGEN

Uitslagen met leeftijdbonificaties

 

 

Uitslagen op tijd

 

 

-