[Lees hier deel 1/4 van de serie Alpe d’HuZes 2022: De Wereld Op Zijn Best]
[Lees hier deel 2/4 van de serie Alpe d’HuZes 2022: De Wereld Op Zijn Best]
[Lees hier deel 3/4 van de serie Alpe d’HuZes 2022: De Wereld Op Zijn Best]
‘Alpe d’Huzes… dat is de wereld op zijn best…’
Het zijn de gevleugelde woorden van mevrouw de Spookrijdert waarmee ik alle deelnemers ieder jaar verwelkom. Zij zei het ooit in juni 2013 toen ik voor het eerst deelnam aan Alpe d’HuZes. Op woensdagochtend 1 juni 2022 zitten we tezamen op het buitenbordes van Hôtel Au Chamois D’Or, gelegen op het noordelijkste punt van skidorp Alpe d’Huez.
‘Alpe d’Huzes… dat is de wereld op zijn best…’
Ik hoor mijn stem door de speakers galmen. De ervaren deelnemers weten inmiddels dat geen woord ervan gelogen noch overdreven is. De debutanten willen weten welke wereld wanneer precies op zijn best is? En waarom wordt Alpe d’HuZes een wereld op zich genoemd?
Vierentwintig uur later wordt het voor iedereen duidelijk: Alpe d’HuZes ís daadwerkelijk de wereld op zijn best…
-alle kleinere foto’s uit de fotogalerijen hieronder zijn te vergroten door er op te klikken-
Monique de Jong
‘Michel. Karina. Linda. Lia. Sabine… ja sorry dat ik naar je tieten zit te kijken Mo, maar ik lees alleen maar effe de namen voor… Henk, Stanley, Shirley, Suzanne…’
Mo kan een tikkie hebben. Ik mocht in 2018 haar levensverhaal opschrijven.
In 1990 trof de arts een hypofysetumor in haar hoofd aan. In 2008 borstkanker. Borst eraf. 2009, TAC-kuur, een van de zwaarste chemokuren die er bestaat. En nu staat er op woensdag 1 juni 2022 iemand de leukste uit te hangen door de namen rondom haar tieten van het wielershirt te lezen.
‘Sabrina. Alfred. Theo. Dick. Michael.’
Mo gaat ons allemaal voor als de levenslessen weerbaarheid, doorknokken en relativeringsvermogen worden gegeven.
Traditiegetrouw presenteerde zij zo-even het shirt. DJ Jorrit draaide You Can Leave Your Hat On van Joe Cocker. De mensen klapten. Mo had tergend langzaam de hagelwitte badjas uitgetrokken.
‘Wat ben je toch een lekker wijf Mo’, had de grapjas met de platte pet gezegd.
‘Mét een kunststiet!”, had ze geantwoord.
Op de Alpe is de wereld op zijn best, omdat er mensen wonen die zich van zelfspot bedienen en zelfspot zal uiteindelijk de redding van de wereld blijken.
‘En oh ja. Ik heb ook dit jaar met Tamara voor iedereen een aandenken gemaakt. Voor aan het zadel of zo. Leuk toch?’
Op de Alpe herhaalt de wereld op zijn best zichzelf.
‘Ronald. Dennis. William. Esmee…’
Lars Ottevanger
De wereld is op zijn best als je jonge talentvolle mensen als Lars Ottevanger mag ontmoeten. Op maandagavond 30 mei 2022 dineren we naast elkaar. Hij is 28 jaar en is MedTech Consultant & Capital Advisory Life Sciences. Ik heb geen idee wat dat is, welkom bij de Boven Mijn Platte Pet Show.
In 2015 was ik uitgenodigd op het AMC Amsterdam om een Informatieve (Pilot) Bijeenkomst Van De DPCG Voor De Samenwerkende Patiëntorganisaties bij te wonen. Aan een ovale tafel stelden tientallen oncologen en professoren zich deftig voor. Ik was als laatste aan de beurt.
‘Mijn naam is Marco Hendriks, ik ben Alpe d’HuZesser en blog over kanker. Ik ben de grootste boerenlul aan deze tafel, voor mij zijn jullie allemaal helden.’
De gehele meeting over tal van behandeltherapieën ging langs mij heen. Lars Ottevanger had er zomaar tussen gepast.
‘Met mijn vorige bedrijf ontwikkelde ik meetapparatuur waarmee een mondkankerpatiënt sneller de uitslag na een onderzoek zou krijgen. We kregen nog een prachtige bijdrage vanuit de Alpe d’HuZes organisatie’, zegt Lars die biomedische wetenschappen en bedrijfskunde heeft gestudeerd.
Lars begeeft zich aan de alfa-voordeur van de strijd tegen kanker. Hij behoort tot de stoottroepen. Ik sprak over het alfa-gezicht van kanker. Over alle interviews die ik de afgelopen negen jaar mocht houden met patiënten, genezen verklaarde patiënten en nabestaanden van kankerpatiënten.
Op de fietsdag valt op dat Lars’ helm wat achter op zijn hoofd zit waaruit op een ontroerende manier zijn gebrek aan ijdeltuiterij (wielrenners eigen) blijkt. Bovendien klimt hij een paar keer met zijn regenjackie aan, een beginnersfout omdat de Alpe juist zuurstof verlangt. Toch weet onze jonge held met de ogen van een damhert de Alpe d’Huez vijf keer te beklimmen. Hij doet er vier keer anderhalf uur over, de vijfde keer dik twee uur. Steen- en steenkapot meldt hij zich bij masseur Giovanni. Hij is opper dan op, leger dan leeg. Hij haalt het bordes van het restaurant amper.
’s Avonds is hij als enige deelnemer afwezig in restaurant La Lanterne als Norbert traditiegetrouw het eindbedrag mag bekend maken. Om vijf voor acht laat hij in de groepsapp weten:
“Hoihoi! Ik moet nog (erg) herstellen van vandaag. Kon niet de energie opbrengen om naar la lanterne te komen. Ik eet even wat in het hotel en duik dan mijn bed in. Was een heftig dagje🙃”
Lars Ottevanger is gedoopt.
Op Alpe d’Huez is hij een levenservaring en zijn wij een prachtmens rijker.
Art Bot
De held met het zilvergrijze haar had in 2018 het liefst anoniem gebleven, maar toen kende hij de Spookrijder nog niet. Er houdt zich meer Albert Verlinde in mij schuil dan mij lief is.
Art Bot is een held tegen wil en dank. Hij weet niet beter. Hij geeft vanuit hoofd en hart en gelooft tot in het diepste van zijn ziel in het principe van het delen zoals dat hem in het Alblasserdamse geleerd is. In de kern is Art het antoniem van zijn achternaam.
‘Laars! Bierrtje?’
Zo kennen we Art ook. Want laten we in de poel van de goedgezindheid zijn allerbeste eigenschap toch niet uit het oog verliezen: hij drinkt graag een glaasje bier na het fietsen. En nóg betere eigenschap is het feit dat hij deze gewoonte graag deelt met zijn fietsvrienden.
Nog nooit hebben we Art op een keertje lelijk kijken weten te betrappen. Moeilijk kijken doet ie ook niet. Ook niet als hij afziet. Opzichtig lijden is iets voor jongens met bravoure uit de grote stad.
De wereld was op zijn best toen hij na zijn vierde Alpe van zijn fiets afstapte. Geheel in lijn met de traditie die hij eigenhandig opzette, had ik een heerlijke koude pils voor hem klaargezet die ik hem in mijn beste Alblasserdams aanbood:
‘Aaart! Bierrtje?’
Rino Reuvekamp
Naast Amsterdammer Gienus debuteerde er nog een niet-Rotterdammer in de ploeg: Rino Reuvekamp uit Hengelo. In 2019 namen we, onafhankelijk van elkaar, deel aan de virtuele Alpe d’HuZes. Bij mijn zesde keer stond de achtertuin van mijn schoonzus in brand, bij zijn zesde beklimming liep hij in zijn zolderkamer zó paars aan dat gevreesd werd voor zijn welzijn. Ondertussen gilden zijn op het bed springende dochters Lisa en Silvie hun papa omhoog.
‘KOM OP PAPA! HUP PAPA! JE KUNT HET!’
Rino overleefde het. Net als ik is hij gek op trainen op de Tacx. Rino en ik verkiezen de verstikkende eenzaamheid van vier muren boven de open lucht van de Rijnmond. Voer voor psychologen zoiets.
In 2021 fietsten we met een groepje in Zuid-Limburg. Na afloop dronken we een biertje in het Valkenburgse Dersaborgpark. Pas toen viel Rino’s dialect bij op. Na drie biertjes is zoiets vertederend, na acht biertjes liet ik hem los en demarreerde hij bij van mij vandaan. Niet te verstaan.
Op woensdag 1 juni 2022 riep ik hem naar voren.
‘Marco, ik loat mie nich in ’n tuk driet’n, daor praot ze van. In ’t west’n hef men den droosjes an t gat. Ik bin ne patte vuur de kop zoo dik as nen vleuse van nen bolle veur schenn. Alpe d’HuZes is oet de kiek. Het kump mie hier noar de oarn. Al heb ik de proemn op, ik kom oe wa wier an! Ie kunt néét meer doone as kan, wat so’s as dös wa’s kaans! ‘t Lup wa los Marco!’
Een dag later deden zijn benen het woord en beklom hij zes keer de Alpe. Na de vijfde keer kreeg hij zijn sokken niet meer uit en deed zelfs het zitten op Virginia’s massagetafel hem zeer.
Na afloop spraken zijn lieve, vrolijke en opgeluchte ogen boekdelen. Eén van die boekdelen is deze ode van al zijn teamgenoten van de Rotterdam Fund Racers:
“Rino, wie bin gek met oe!”
Danny Kuiper
In de boezem van onze missie om kanker de wereld uit te trappen bevindt zich ultieme held Danny Kuiper.
Deze serie heeft als titel Alpe d’HuZes: De Wereld Op Zijn Best. Voor hetzelfde geld had de titel kunnen zijn Overal Waar Danny Zich Bevindt Is De Wereld Op Zijn Best.
In april 2013 werd bij hem darmkanker geconstateerd en in 2015 is hij weer aan de beurt. Sindsdien fietst hij met twee stoma’s. Als zijn fietsvrienden onderweg moeten pissen, vervangt Danny razendsnel zijn stoma’s. Hij vertelde er in 2019 frank en vrij over. Sindsdien trakteert hij zichzelf op nieuwe schoenen iedere keer als hij een goede uitslag krijgt.
‘Ik heb totaal geen last van mijn stoma’s. Het hindert mij niet.’
Dat zei Danny tijdens de shirtpresentatie. Al verlaagt Danny zich niet tot effectbejag, toch kreeg hij applaus. Juist vanwege de oprechtheid waarmee hij het zei.
Danny is sindsdien verslaafd aan fietsen. Tot aan de Alpe heeft hij er al duizenden trainkilometers op zitten. Zelfs als het horizontaal waait en regent gaat Danny fietsen. Kutweer of geen kutweer. Danny fietst. Altijd en overal. Met zijn stoma’s. En iedere keer laat hij zich vereeuwigen op de foto met dat duimpie omhoog. En met die glimlach.
Die glimlach die het wolkendek doet splitsen. Die glimlach die de zon toelaat. Die glimlach die je doet beseffen dat je leeft (en dan niet in de plastic wereld van Dré Hazes Junior).
De glimlach die ik geloof.
Kijk maar. Hier op de Alpe. Danny komt voorbij. Vijf keer. Met die glimlach. God bestaat, mocht u nog twijfelen over Zijn zijn.
Jorrit ter Braak
‘Ja dames en heren, op nummer 54 woont Batman, op nummer 55 woont Superman en op nummer 57 woont Spiderman . Wie woont er op nummer 56? Nou? Búúrman natuurlijk.’
Natuurlijk zegt iemand als Jorrit ja als je een beroep op hem doet. Het maakt niet uit hoe kort het termijn is. Jorrit levert.
‘Hij gaat lekker Carla… goed bezig!’
Tijdens het eten zei ie het nog. ‘Het komt ook door jullie. Ik krijg energie van jullie. Anders is dit niet op te brengen.’
‘Aan welke salade heb je iets als je jeuk hebt? Krabsalade!’
Een dag na de fietsdag zal Jorrit via de luchthavens van Lyon en Frankfurt naar Hamburg vliegen om daar op 5 juni mee te doen aan de Iron Man. Voorgerecht 3,86 kilometer zwemmen. Hoofdgerecht 180 kilometer fietsen. Toetje de marathon.
‘Hey daar heb je Nicole weer! Een buiging voor onze Nicole van Klaveren! Die liep vandaag gewoon effe drie keer die Alpe op! On-voor-stel-baar! Rotterdam Fund Racers laat je hóóóóóóó-ren!’
Om zeven uur ’s ochtends begint hij met de opbouw van zijn apparatuur. Lachend. Voortvarend, maar niet overhaast. Een kwartier later heeft hij geluid. Schatje Mag Ik Je Foto, was getekend de Gebroeders Ko.
‘Hey daar! Ja u daar! Mevrouw met die hond! Hoe heet het beessie? Maurice misschien? Maurice de Hond ja!’
Rond kwart voor acht You’ll Never Walk Alone. Jorrits stem zweept het publiek aan. Lee fucking Towers. Big fucking hero. In de verte doemen groenwitte schimmen op. Tergend langzaam, als in een slowmotion, maar ze gaan vooruit. En omhoog. En Jorrits stem echoot over de Route d’Huez. Hij schiet niet vol. Want Jorrit is een vakman.
‘Hoe noem je je dove hond? Maakt niet uit, hij hoort je toch niet!’
Op en top focus. Met steeds die vrolijke oogopslag. Die opbeurende stem. Geen moeilijk gedoe. Gewoon doen waar je tering tyfus goed in bent. Sfeer maken. Feessie bouwen. Geen woorden maar daden, en dan hoe het bedoeld is. Ongewoon gewoon leveren. Dat is Jorrit. De zwaarmoedigheid laat hij aan mij over en daarom sta ik mijzelf aan het eind van de avond één flauwe filosofische grap toe:
‘Er lopen twee waarzegsters op de straat zegt de een “kom je mee?” zegt de andere “nee, want daar ben ik al geweest…”’
PS: Drie dagen later voltooit Jorrit de Iron Man Hamburg in een verpletterende tijd: zwemmen 1:19:36, fietsen 5:11:59, de marathon 3:53:56 maakt een totaaltijd van 10:49:59!
Ruud Maaskant
De mens heeft een climax nodig. Het leven heeft een climax nodig. Wat is een Bruce Springsteenconcert zonder Born to Run als afsluiter? Wat zou een Feyenoord-PSV zijn zonder een penalty in blessuretijd?
Uiteindelijk zijn wij allemaal als gevolg van een climax ter wereld gekomen, hoe akelig en ranzig die gedachte ook is.
De sport voorziet ons armzalige leven van extra glans door de mythische krachten die bij tijd en wijle van zich doen spreken. Waar die mythische krachten vandaan komen zullen we niet weten. En waarom zouden we het willen weten? Feit is dat in de sport ongewone dingen gebeuren die in het normale leven voor onmogelijk worden gehouden.
De mythische krachten kondigen zich zelden of nooit aan. Ze komen en gaan als de treinen op spoor 7 van Rotterdam Centraal.
Op donderdag 2 juni 2022 vond zo’n mythisch wonder plaats. Op de 21 bochten van de Alpe d’Huez.
We zouden kunnen vermoeden dat de mythische krachten van hogerhand komen. De Lieve Heer staat bekend om Zijn wonderlijke grappen en grollen. Over het hoe en waarom hult Hij zich in stilzwijgen. Het is voor ons stervelingen dus slechts gissen wat de Lieve Heer op donderdag 2 juni 2022 met onze Ruud voorhad? OK Hij wist dat onze voorzitter ooit eens de Heilige Zes op de Alpe wilde halen, maar waarom verkoos Hij juist Ruud op deze speciale dag?
Ruud ís een sporter.
Gooi hem in een bak water en hij begint te zwemmen. Geef hem loopschoenen en hij loopt de marathon. Geef hem een voetbal en hij verdeelt het spel. Zet een racefiets onder zijn billen en hij beklimt de Alpe d’Huez.
Toch is hij geen diehard fietser.
Zo iemand die zweert bij zijn bakkie kwark, zijn gedroogde tutti frutti en zijn gelul over verplicht rood fruit iedere dag. Twee dagen geleden trokken we met Ruud nog een volwassen fles rode wijn naar binnen om zijn 56-ste verjaardag te vieren. Met een gin-tonic (met komkommer voor de vitamientjes) als toetje.
Of was het niet de hand van de Lieve Heer, maar doodgewoon zijn hardnekkige koppigheid die Ruud op donderdag 2 juni dwong tot het uiterste te gaan? Of was het een combinatie van beide en hadden de Lieve Heer en Ruuds verbetenheid het op een akkoordje gegooid?
Het valt niet te ontkennen, noch valt het te bewijzen.
’s Morgens bij het vertrek was het ritueel niet anders dan voorheen. Iedereen stond klaar voor de foto, Ruud was weer eens iets kwijt. Hij was sowieso wat later, want als enige moest hij nog zijn beide banden oppompen. Michel Kouwenhoven werd er niet vrolijker van. in de wereld op zijn best wordt gematigd gemopper toegestaan.
‘Jongens! Waar zit mijn bril?, vroeg Ruud bij vertrek de pikzwarte nacht in. De elf man waren het dorp Alpe d’Huez al ingedoken, Ruud worstelde nog met de kleding in zijn achterzakken. Tien minuten later zou hij Henny uit een greppel vissen.
Kortom een voorbereiding van lik m’n reet.
Wie gaf er een stuiver om de kansen van Excelsior toen zij in de finale van de play-offs tegen een 0-3 achterstand aankeken met nog 10 minuten te spelen in de anus van de Haagsche Leeuw? Wie gaf er iets voor de kansen van Ruud toen hij na de vierde beklimming van zijn fiets stapte?
‘Niet stoppen nu, daar ga je spijt van krijgen’, bromde Norbert, ervaringsdeskundige op het gebied van het verleggen van je eigen grenzen (te beginnen met je haargrens).
‘Nor, het is veertig graden beneden! Wat kan hem of ons die fucking Zes schelen?’
‘Gaat ie spijt van krijgen’, herhaalde Norbert alsof ik niet bestond.
Op hetzelfde moment keken we samen naar de dalende ruggen van Ruud en Lars. Ze verdwenen aan de horizon als twee groenige puntjes in de nietigheid.
Vol bewondering verklaarde ik Ruud voor gek. Alleen de knipoog van Lars stelde met wat gerust. Hij had mij drie jaar geleden bijgestaan in een soortgelijke missie. Bij Lars is het gratis tanken aan energie en hoop. Gratis, want hij vraagt er niets voor terug.
Een zeldzaamheid anno 2022.
Om 17:19u meldde Ruud zich voor de vijfde keer boven. Hij deed me denken aan Don Quichot. Zijn legendarische gevecht tegen de windmolens liep synchroon aan Ruuds strijd met de Alpe d’Huez. Met de racefiets als ezel en Lars als Sancho Panza.
Om 17:31u kwam hij aan bij de overkant van La Lanterne. Hij stapte overdwars van zijn fiets alsof er een sjoeltafel op zijn rug vastgebonden zat. Annemieks zoon Bart nam Ruuds fiets zwijgend aan. Ruud kon geen woord meer uitbrengen. Met nog altijd de denkbeeldige sjoeltafel op zijn rug stak hij de Route d’Huez over. Het zat erop. Hij legde zijn fietshelm op de tafel van het bordes en liep naar binnen. Niemand sprak een woord. DJ Jorrit keek mij vragend aan. Met zijn hand maakte hij een vragend “stopt-ie?” gebaar.
Twee minuten later stak Ruud weer de Route d’Huez over. Lars was aan de overkant blijven staan. Hij gaf Bart een aai over zijn bol.
Voor een zesde keer daalde Ruud de Alpe d’Huez af. Jorrit draaide een plaatje, moedigde andere deelnemers aan, Syl zei niets en keek strak voor zich uit. Starende ogen zijn verliefd en liefde maakt blind.
Toen maakte de verleden tijd plaats voor de tegenwoordige tijd.
Het zenuwenspel tegen de klok is begonnen en in de tegenwoordige tijd gebeurt iets steeds weer.
De uiterste starttijd beneden is 18:00 uur. We houden allemaal de Alpe d’HuZes app in de gaten. Ping! Ruud en Lars starten om 17:48 uur. ‘Halen ze makkelijk’, zegt Norbert met wie ik een biertje drink. ‘Makkelijk’, herhaalt hij. Geen spoortje twijfel of onzekerheid bij onze Nor. Nooit niet. Het verklaart onder meer zijn zakelijke succes en zijn voetbalvoorkeur.
Ik houd het niet meer uit en weiger nog op mijn app te kijken. De stem van Jorrit verbroedert onverminderd. Minuut voor minuut verliest de zon aan kracht. Hele volksstammen zijn nog in koers, maar er is geen spoor van Ruud of Lars te bekennen.
‘Snap er niets van’, zegt Syl. Ze staart op haar mobieltje en trekt een parallel tussen de tijden tussen bocht 7 en bocht 3 van beklimming vijf en deze zesde beklimming.
‘Dat kán toch helemaal niet Mar?’, vraagt Syl zich af.
‘Hij is naar de klote, hij had inderdaad al lang bij bocht 3 moeten zijn.’
Tijd en afstand zijn rekbare begrippen. Een kilometer op het vlakke is niet dezelfde kilometer tussen bocht 21 en bocht 20. Een minuut vol op je bek worden geslagen duurt langer dan een minuut lang een gezichtsmassage ondergaan. In tijden van rouw duurt een minuut een uur, bij een goed feest duurt ieder uur een minuut.
Norbert loopt naar Bocht 1. ‘Ze gaan het niet halen, om acht uur gaat de finish dicht’, bromt hij.
Mo staat ergens halverwege als Wikkie de Viking op de uitkijk. We kijken allemaal naar Mo. Ze heeft een kikkergroen blazertje aan. De kleuren van de Rotterdam Fund Racers. We zeggen steeds minder. Jorrit houdt de stemming erin.
Ieder lied klinkt als het volgende lied.
Ping!
Het is 19:43 uur als Lars appt:
“Nu laatste bocht.”
Nog 17 minuten hebben ze om onthaald te worden door finishdame Tilly.
‘Daar komen ze!’, roept Mo als variant op de commercial “ze smelten de kazen!”.
En verdomd. Het is 19:45 uur. Nog een kwartier verdomme. En Ruud moet harder. Ik pers er een vloek uit. Alles doet me zeer. Vanaf 3 uur ’s ochtends ben ik in de weer om de ploeggenoten aan te moedigen. Het roepen (“nog een klein pleuris stukkie Victor!”) kostte me teveel kracht. Ik sta en loop scheef. Mijn rechterzone voelt als verlamd aan. Niet klagen nu. Ontken de pijn. Zoals je altijd doet in tijden van nood.
Het hoofd bonkt als ik live op Facebook ga.
Van links naar rechts zien we Norbert in een hardlooppas die we niet van hem kennen. Het is iets sneller dan wandelen. Als al het fanatisme van onze blanke Keniaan zou kunnen worden omgezet in een energiemodaliteit, zouden we het hele westelijk halfrond van elektriciteit kunnen voorzien. Met een middelvinger naar Vladimir.
Naast Norbert de zwoegende Ruud. Hij staart naar zijn stuur. De zwoegende Ruud is een levend kunstwerk geworden. Een zwoegende mijnwerker met een pikhouweel, dát is hij nu. Ruud is Étienne Lantier geworden, de heldhaftige hoofdpersonage uit de roman Germinal van Émile Zola. Muziek klinkt als ik de camera draai.
Het lachende gezicht van Lars. Die eeuwige lach die altijd in de gun-stand naar derden staat. Zijn lach is de schijnwerper op Ruud, de held van de dag, tegen wil en dank. Vandaag is hij hét toonbeeld van vastberadenheid, doorzettingsvermogen en een ijzeren wil.
Ze passeren me nu.
Sinds mijn val heb ik nog niet hardgelopen, maar nu moet het. Ik voel mijn rechterzij steken. Vlammen pijn trekken van mijn rechterbil naar mijn schouderblad. Iets naast mijn ruggengraat klopt, als een tijdbom.
(Op een filmpje van Mo zie ik mij later die avond lopen. Ik ren als mijn vader. Niet soepel, een beetje houterig met een kaarsrechte rug, met een beetje goede wil zou je het statig kunnen noemen. Het beeld ontroert mij, omdat mijn eigen loop mij aan het gemis van mijn vader herinnert).
You’ll Never Walk Alone laat Jorrit nog maar eens horen. De stem van Lee Towers maakt ons wee. Maak maar schampere grappen over onze Lee op televisie. Hij is de fucking held van Rotterdam. Zoals Ruud dat in deze setting ook is. Zijn rug draait nu naar links, met Lars, en is dan uit het beeld verdwenen.
Lee is vervangen door de vrolijkheid die deze dag verdient en die Jorrit feilloos aanvoelt. Iedereen valt elkaar in de armen. Met Ruuds zesde beklimming voelt het alsof we allemaal een beetje gewonnen hebben. Het zijn de mythische krachten van de sport: zodra de held wint, winnen we allemaal.
Op de kleine verhoging van het voorportaal va La Lanterne staat Syl. Ze heeft het moeilijk.
‘Syl, gaat ie?’, luidt mijn nogal obligate vraag.
Tranen van ongeloof hebben plaatsgemaakt voor tranen van trots. Ik kan de behoefte weerstaan om de tranen van haar wangen te halen onderdrukken, al weet ik niet goed waarom. Misschien omdat verdamping een natuurlijker proces is dan de goedbedoelde strelende handpalm van een vriend.
‘Mag nu wel he Mar?’, antwoordt ze met een wedervraag, omdat Rotterdammers zich graag verontschuldigen voor tranen.
Mijn tong ligt als een gedroogde pruim achter in mijn huig. Ik kan niets uitbrengen. Alpe d’HuZes heeft gewonnen…. het is de wereld op zijn allerbest.
***
De Kleine Afwezige (4) – De Spookrijder
Als gevolg van zijn val op 15 april 2022 kon de Spookrijder niet meedoen aan deze editie van Alpe d’HuZes. Het werd voor hem een gedenkwaardige ervaring, omdat hij zich niet eerder zo betrokken had gevoeld bij zijn teamgenoten.
In de Alpe d’HuZes wereld op zijn best voelt de Spookrijder zich op zijn best, gehavend of niet.
***
De Alpe d’HuZes campagne 2022 van de Rotterdam Fund Racers leverde maar liefst €201.085,00 op.
Met dit bedrag heeft de Stichting Rotterdam Fund Racers door de jaren heen totaal meer dan €1.100.000,00 aan fondsen geworven voor het KWF; een deel van dit bedrag is bestemd voor lokale doelen zoals de ondersteuning van het Familiehuis Daniel den Hoed, het Hospice Barendrecht, het Hospice Lansingerland, het Sophia Kinderziekenhuis en de Stichting Koppie Au.
Het bestuur van de Stichting Rotterdam Fund Racers bedankt alle fietsende deelnemers voor hun inzet, hun toewijding en hun energie om op j.l. 2 juni talloze keren de Alpe d’Huez te beklimmen. Evenveel dank gaat uit naar alle vrijwilligers en supporters. Samen hebben we er wederom een onvergetelijke dag van gemaakt.
Tevens dank aan alle volgers die gisteren tijdens het fietsevenement vanuit Nederland via alle social media kanalen zo hartstochtelijk hebben meegeleefd. Dit gaf de ploeg een enorme energy boost.
Last but not least bedanken de Rotterdam Fund Racers alle sponsoren en donateurs. Jullie onvoorwaardelijke support en geloof was, is en blijft onontbeerlijk om onze missie voort te zetten om van kanker een chronische ziekte te maken.
Dit besef maakt ons trots, dankbaar en nederig.
Hand in hand vastberaden blijven we knokken voor een wereld zonder kanker, omdat niets doen geen optie is!
***
Met respect en eerbied herdenken de Rotterdam Fund Racers onze geliefden die overleden zijn aan de gevolgen van kanker:
Cobi van Krugten
Piet Leeuwangh
Pieternel ‘Appel’ van Klaveren-van der Heijden
Mattheus Cornelissen
Ton van der Laan
Jeanne Alsemgeest
Piet Smilde
Matty Smilde
José Vroom
Philippe Haverbeke (Omoes)
Egbert van Waes
“Maatje”
Jaap Bouterse
Ton van Oosten
Henny Hurkmans-Matulessy
Remco Henkelman
Ria Baarda
Ferenc Vermaas
Ans de Boer
Robin van ’t Haar
Truus van Helden
René Carpier
Frans van Dijk
Jack Bakker Sr.
Raymond van der Putten
Hennie van der Putten
Liliane Spek
Albert Manubulu
Ivonne Kuipers
Lex Stockx
Lea van den Bos
Zier Vuijk
Ardjan Maat
Renate Vastbinder
Peter van Heijningen
Gusto van Heijningen
Lianne Werner
Gerard Wijmans
Wil Bierhuizen
Hans Landré
Marvin Lugthart
Corrie Multem-Merbi
Ad van Leeuwenburg
Flip Weerheim
Eef Farenhout
Rinus Lievaart
Gerrit Driehuis
Riet Driehuis
***
Fotocredits voornamelijk aan Richard Steffers, Monique de Jong, Arjan Smilde, Tamara Baks, Monique Vroom, Alpe d’HuZes fotograaf Guido Bosland en van overige deelnemers.
Weer een prachtig verslag, ik was er niet bij, maar door je verslag is het net of je daar aanwezig bent. Jij hebt deze keer niet mee kunnen fietsen Marco. Door de val enig weken geleden helaas niet mogelijk. Je hebt ons toch mee kunnen laten genieten, nog even geduld en dan kan jij ook weer fietsen.