Voor Berget

 

Het gewei van de hertenkop met de blauwe zonnebril en de oranje koptelefoon in de houten vakkenkast van Ikea maskeert de onderkin van een zingende Barry Hay. Zijn foto met de onmiskenbare zonnebril staat op een stapel muziekboeken en elpees.

Naar welk lied luistert het hert, vraag ik me af. Mijn hersenen nemen het leven op de meest ongewenste momenten te letterlijk. Mijn enige alibi is de absurditeit.

Aan de keukentafel van de Rocktownstudio’s bespreekt Berget met Anita de zin van haar nieuwe album.

‘De koffiebonen zijn op en ik weet niet waar ze liggen’, zegt Berget die zich vervolgens 33 keer verontschuldigt. De hertenkop met de blauwe zonnebril en de oranje koptelefoon aan de muur heeft andere kopzorgen. Hij is Rock & Roll. Misschien is het Almost Cut My Hair van de vorige week overleden David Crosby waar hij naar luistert.

‘Dit is mijn eerste album in tien jaar. En het ís ook míjn album. Dit wilde ik zo graag. Ik kan niet wachten om het album te laten horen.’

Ze praat over het gemis van haar beide ouders.

Een uurtje geleden reden we langs de Nieuwe Maas. Een auto toeterde bij het stoplicht dat toch al zeker drie tellen op groen stond. Nerveuze fietsers met Feyenoordshawls passeerden. De zon bescheen de Erasmusbrug. De klassieker Feyenoord-Ajax was in aantocht. Ik had onrustig geslapen. De melancholische stem van singer-songwriter Dennis Ellsworth weerklonk in de auto.

‘Dit album komt rechtstreeks uit mijn hart’, zei Berget terwijl Maurice haar in de keuken op de tweede etage van de Rocktown Studio’s kwam halen.

‘De jongens wachten op je.’

 

 

Eerder deze week had Berget in het Parool en het AD laten weten niet aan de flauwe kleinburgerlijke Amsterdam-Rotterdam vete mee te doen. Daar heeft ze teveel fatsoen voor. De artikelen openbaarden mijn eigen bekrompenheid in dat oeroude getouwtrek tussen ’s lands grootste steden wier rivaliteit op een voetbalveld tot een tweejaarlijks hoogte- maar vaak dieptepunt komt. Het is maar waar je wiegje stond. Niet heel lang geleden zocht ik tijdens de Klassieker een radio- en internetloze omgeving op. De zee. Het bos. De bergen in Zuid-Frankrijk. Pas na twee uur keerde  ik terug in de bewoonde wereld om de zoveelste 0-4 nederlaag te begroeten.

Sommige mensen zijn te lief voor deze wereld, bedacht ik me terwijl we de trap naar beneden namen. En Berget is er een van. Ze nam onlangs een plantje voor mijn moeder mee. Met rode bloemetjes. Zomaar. Anita had die avond Coq Au Vin gemaakt. We dronken Franse wijn en spraken over haar ouders. Aan tafel speelde ik een liedje van John Prine over een drugsverslaafde Vietnamveteraan. Berget neuriede zachtjes mee. Het verlamde me. Ik nam mijzelf voor nooit meer te zingen met Berget in mijn buurt. Je laat de spits van Real Madrid ook niet invallen bij een competitiewedstrijd van FC Dordrecht.

Feitelijk is de eclectisch ingerichte RockTown Studio van Ocki Klootwijk een minimuseum. Ik keek mijn ogen uit. Je bent er in Reykjavik, Casablanca, Los Angeles, Bremen, Goa, Memphis, El Paso, Luik, Monterey en Rotterdam tegelijk.

Een jaren zeventig fruitschaal, plastic rozen in een lullig vaasje, een flipperkast, een shoarmazaakfoto van een zonsondergang op een vakantie eiland met palmbomen in het tegenlicht, fauteuils met een tijger Annie bekleding, een lamp in de vorm van een ananas, een hobbelpaard, drie Boeddhabeelden naast een hindoeïstisch beeld van Lord Ganesha en de hertenkop met de blauwe zonnebril en de oranje koptelefoon.

De klimop van neprozen ter camouflage van de metalen leiding langs de trappenleuning deed denken aan Willy Deville die de gewoonte had een rozenslinger om zijn microfoonstandaard te wikkelen. Willy wist van kitsch kunst te maken. Zijn roos was Barry Hay’s zonnebril.

Terwijl Ocki met Maurice en gitarist Sasha het intro van het op te nemen lied doorneemt, laat Anita foto’s van onze kleinzoon Camiel aan Berget zien.

‘Wat een schatje.’

Anita en ik zijn vandaag op de kop af veertien dagen opa en oma. Afgelopen vrijdag vierden we onze 29e trouwdag en over een uurtje begint Feyenoord-Ajax. Er is geen onderling verband of het moet het levenslange vloekverbod zijn dat Anita mij heeft opgelegd als ik Feyenoord kijk met kleinzoon Camiel in dezelfde kamer en het vacuüm is daar. Er is geen vluchtroute, geen plan B: niet vloeken met Camiel, niet zingen met Berget in dezelfde ruimte.

 

klik op een afbeelding voor een vergroting

 

 

 

De Lloydstraat lag er die ijskoude ochtend verlaten bij. Zelfs de ontvangsthal van Radio Rijnmond naast de verhoogde ingang van de Rocktown Studio’s was angstig leeg. We hadden twee maal aangebeld, maar pas bij de derde keer deed Maurice open, omdat een goede haan altijd twee keer kraait.

Sasha laat zijn gitaar filmisch klinken. Galmend.

‘Hoe vind je dit?’, vraagt hij gortdroog door de speakers. Zijn koptelefoon staat half op zijn voorhoofd. Ik zou mijn beide enkels opofferen voor zo’n talent, maar mijn gitaarvingers zijn nooit verder gekomen dan Sam Stone van John Prine.

‘Lekker’, antwoordt Ocki. De levensgrote foto van all-time hero Bob Dylan achter hem is pure stemmingmakerij. En jaloersmakend. Die moet ik hebben. Ooit. Hoe dan ook. How does it feeeel?

“The ship it sails to the sea of green… shines the sun in your mind”, had Dennis Ellsworth op de heenweg in de auto gezongen. De tekst harmonieerde tot in de perfectie met de realiteit van dat moment. We reden langs de Maas waar een binnenvaartschip in tegengestelde richting zijn kalme weg naar de vrijheid zocht. De uitslag van Feyenoord-Ajax was plots van ondergeschikt belang.

En nu zingt Berget.

Ze zit op haar handen die ze onder haar billen heeft gelegd, op zoek naar de hoogte van Sasha’s gitaar die me atmosferisch doet denken aan David Gilmour. Berget laat haar stem vibreren en legt haar klanken met fluwelen handschoenen als een filterlaagje over Sasha’s gitaarpartij. Het is huiveringwekkend zuiver. Bronwater. Watervallen. Sterrenregens. Vitrages. Dauwdruppels. Spinrag. Een over het water scherende libelle. Eerste stappen. De lente.

In het labyrint van de muziek speelt de paradox de eerste viool en versterkt de kracht van Bergets stem haar kwetsbaarheid.

‘Zoiets?’, vraagt ze. Ze krijgt van niemand antwoord hetgeen mij verbaast.

 

klik op een afbeelding voor een vergroting

 

 

 

Met haar stem kan ze troost bieden, bergen verzetten, oorlogen beslechten, tranen opwekken en tongen lamleggen. Met zo’n stem zou ik nooit meer een letter schrijven, laat staan een woord of een hele zin. Ik zou zingend afrekenen bij de kassa van Albert Heyn.

Gisteravond had ze na de opnames lang moeten huilen, zo diep ging dit album. Dat zei ze zo-even in de keuken onder het toeziend oog van de hertenkop met de blauwe zonnebril en de oranje koptelefoon die naar David Crosby luisterde. Anita had Berget begrepen. Ze had haar woorden aangevuld en Berget had “ja, ja… precies dat” gezegd terwijl zij met gesloten ogen knikte. Niets zo sterk als de onderlinge band van twee vrouwen die elkaar begrijpen.

Muziek is een open wond. Geen directere lijn naar onze dierbaren is denkbaar. Muziek is een accordeon die de levenswond uiteen rekt en meteen weer hecht. Om en om. Dag in dag uit.

Ocki heeft een metronoom aangezet. Het verhoogt in een klap de concentratie van iedereen. De metronoom is het startpistool. Het is nu om het echie. Op een surrealistische manier lijkt het hamerende getik van de digitale metronoom haaks te staan op de golvende melodielijn. Bergets timing is verbluffend, haar stem is een geschenk van God. Enkele jaren geleden zagen we Mavis Staples optreden in de Rotterdamse Schouwburg. Het was een broeierige zomeravond. Haar dampende en zich traag voortslepende megahit I’ll Take You There besloop ons als een slang. Zelfs ik danste. Geen kruit opgewassen tegen de kracht van een stem op het metrum van een hakbijl. Berget Lewis is onze Mavis Staples. She’ll take us there. Steeds dieper de trechter in.

Het liedje schijnt Reason te heten. Welk kind heeft geen reden om over zijn ouders te huilen, zo zei Friedriech Nietzsche ooit. Hij had voorkennis.

‘Mijn tekst is niet compleet schat’, zegt Berget tegen mijn neef, de voormalig judokampioen. Boomlang, hart op de tong, wil van graniet, zacht als boter. Berget laat haar wijsvinger over het scherm van haar tablet glijden. Het geeft haar gezicht een zachtblauwe gloed. Maurice had me eergisteren gebeld. Op onze trouwdag. Hoe het met de kleine was. En of ik langskwam om Bergets opnames van album mee te maken. Hij had me gekscherend, maar naar waarheid, opa genoemd.

‘Dat stukje van Bonnie en Clyde ben ik kwijt.’

De letterlijke vergelijking met het vermaarde bankroverskoppel uit de jaren dertig gaat mank, tenzij de radiostations Bergets album dadelijk over het hoofd gaan zien en Maurice op zeker in een hedendaagse versie van Clyde zal veranderen. Ik hoop dat ik zijn handlanger mag zijn als we samen Hilversum bezoeken.

“My soulmate for life, my partner in crime, just like Bonnie and Clyde”, zingt Berget die daarmee het metaforische gelijk aan haar zijde weet.

 

 

 

klik op een afbeelding voor een vergroting

 

 

 

Haar stem gaat door merg en been. Sasha speelt hemels, de metronoom van Ocki loopt. Ocki draait aan knopjes. Tientallen metertjes slaan vrolijk uit. De Rocktown Studio is de vredelievende versie van NASA. Muziek verplaatst je gedachten naar andere dimensies waarin niet gevoetbald wordt en waarin je geboortestad geen rol speelt, tenzij je Bruce Springsteen heet en je de gave hebt een ode te schrijven over een ieders Hometown, omdat trots een universeel grondrecht is.

“I love you for the rest of my life, you are the reason, the reason, the reason that I feel alive oooh…”

We zitten weer in de auto. Radio Rijnmond staat op. De lelijke wereld meldt zich. De opstellingen zijn bekend. Duitse waterkannonen bij de Kuip. Een waarschuwende burgermeester. Een sussende hoofdcoach. Een trotse koploper. Bloed ruikende supporters. Schuimbekkende media die de supporters het schuimbekken verwijten. Een boven de stad cirkelende helikopter. En Justin Bijlow die jarig is.

“The times that I’ve cried, are happy tears. I feel so alive, I’m walking on water.’

‘Waarom lach je?’, vraagt Anita mij.

Ik antwoord haar niet. Leg maar eens uit dat je gedachten voor dit moment niet zitten bij kleinzoon Camiel, noch bij Feyenoord-Ajax noch bij het nieuwe album van Berget, maar bij de hertenkop met de blauwe zonnebril en de oranje koptelefoon.

 

 

 

 

***

 

Volg Berget Lewis op Instagram

Dank aan Ocki Klootwijk van de Rocktown Studio’s voor  de gastvrijheid.

Lees hier het verhaal Roots Unite

Lees hier het verhaal Luchtgitaar

Lees ook de Spookreflexies BabyfacesSpaatjerood en Turning into You

 

 

-